Uitrollen -> Mobiele handsets

De Go Connect Mobile client (Android apparaten), kan vooraf worden geconfigureerd en automatisch worden uitgerold met behulp van dit scherm. Bekend als "inrichten", dit proces registreert automatisch het mobiele apparaat op de Go Connect Server.

Toevoegen knop

Om een mobiele handset toe te voegen aan de lijst, zal de systeembeheerder de volgende stappen moeten volgen:

1. Voer het unieke IMEI nummer van het mobiele apparaat in de "Verkorte naam" in.
2. Voer een toepasselijke naam in het 'Naam' tekstveld in zoals op de schermafbeelding. Verander de Verkorte naam alstublieft niet.
3. Geef aan welke gebruiker dit mobiele apparaat zal gebruiken door op de gebruiker 'Selecteer' knop te klikken om een lijst van telefoongebruikers te openen. Selecteer de juiste gebruiker en klik op de knop 'Opslaan'.

Zodra deze informatie is ingevoerd, klikt u op de knop 'Opslaan'. Dan, wanneer de gebruiker de Go Connect Mobile client installeert en configureert op zijn Android apparaat, is het IP-adres de enige informatie die ze moeten invoeren om toegang te krijgen tot Go Connect Server. Go Connect Server zal de CLI van het apparaat herkennen en de instellingen toepassen die u zojuist heeft aangemaakt in het opgeslagen bestand op Go Connect Mobile op dat apparaat.

De overgebleven tekstvelden zijn alleen-lezen en zullen de specifieke informatie weergeven indien de verbinding tussen het mobiele apparaat en Go Connect Server succesvol is.

Een andere manier om de Go Connect Mobile te configureren heeft betrekking op de samenwerking van zowel de mobiele gebruiker als de systeembeheerder:

1. Geef de Go Connect Mobile gebruiker het Go Connect Server IP-adres (met TLS poort) en vul hem in het Go Connect Mobile "Loginscherm" in. Klik dan op "Volgende" en Go Connect Mobile zal proberen om op de server te registreren.
2. Go Connect Server gaat op zoek naar de bijpassende referenties van dit specifieke apparaat, als deze het niet kan vinden, zal het een nieuw item aanmaken (Mobiel unieke IMEI-nummer) op het "Mobiele handset" scherm.
3. De systeembeheerder zal vervolgens de nieuwe invoer moeten configureren op het "Mobiele handsets" scherm met de eerder bedachte naam en de geselecteerde Go Connect gebruiker voor deze specifieke Go Connect Mobile client.
4. Zodra de gegevens zijn ingevoerd, moet de gebruiker klikken op de "Ververs" knop op het mobiele apparaat om het registratie- en inrichtingsproces te voltooien.

De derde en laatste manier van het configureren van Go Connect Mobile is de mobiele gebruiker toe te staan handmatig het apparaat te installeren (aangenomen dat de gebruiker, vaste telefoon en mobiele toestellen al bestaan op de Go Connect Server):

1. Als eerste moet Go Connect Mobile gebruiker het Go Connect Server IP-adres invoeren met het TLS poortnummer. (bv 123.34.45.56:21051)
2. In de volgende stap moet de gebruiker de gebruikersnaam, vast telefoontoestel, mobiel toestel en wachtwoord ingeven. OPMERKING: Bij deze methode voor het opzetten van een wachtwoord moet handmatig vooraf worden geconfigureerd ten opzichte van de Go Connect gebruiker door de Go Connect Server beheerder.
3. Aangenomen dat de ingevulde informatie correct is, zal de Go Connect Server de referenties accepteren en het mobiele apparaat registreren.

Bewerken knop

De mobiele handsets die al zijn aangemaakt, kunnen vanaf deze pagina worden beheerd door ze in de lijst te selecteren en op de knop 'Bewerken' te klikken.

Verwijderen knop

Om een mobiele handset te verwijderen, selecteert u deze in de lijst en klikt u op de knop 'Verwijderen'.

Zoeken

U kunt naar opgeslagen mobiele handsets zoeken door tekst in het 'Zoek' veld in te voeren. De zoekfunctie zoekt in de gegevens in de van productenlijst.

Go Connect Mobile Voorbereiding en Informatie

Registratie

Om Go Connect Mobile te gebruiken, moet een Go Connect Mobile licentie worden geïnstalleerd op de Go Connect Server. Een licentie is per gebruiker vereist en kan worden verkregen via het juiste kanaal op de normale manier.

OPMERKING: Om de Doorkies functie die met de toepassing geassocieerd is mogelijk te maken, moet uw telefoonsysteem voorzien zijn van een licentie en geconfigureerd zijn voor DISA / automatische bedienpost functies.

PBX

Om de Go Connect Mobile volledig functioneel te laten zijn moet uw PBX geconfigureerd zijn voor Mobex; uw Mobex onderhoudsmedewerker kan u hierbij helpen.

Firewall

Go Connect Mobile functies zoals Aanwezigheid, Berichten en zoeken in een gedeelde map vereisen een dataverbinding tussen de mobiele client en Go Connect Server. Tenzij een privé netwerk beschikbaar is, zou uw firewall/beveiligingssoftware geconfigureerd moeten zijn om Go Connect Server toegang te geven tot en van het internet. Go Connect Mobile clients die TLS verbindingen ondersteunen gebruiken TCP poort 21051 om met de server te verbinden. Clients die TLS niet ondersteunen (bv Unified Communicator voor iPhone) maken verbinding op poort 21050.

TLS - Transport Laag Beveiliging

Transport Laag Beveliging (TLS) is een uitgebreide versie van SSL die wordt gebruikt om de datastroom te coderen tussen Go Connect Mobile en Go Connect Server. Standaard verbindt Go Connect Mobile op poort 21051 via TLS.

OPMERKING: Indien de client niet op poort 21051 kan verbinden zal het eerst proberen om een ongecodeerde verbinding op poort 21050 te maken. Om te controleren of het mobiel gebruik maakt van TLS, ga naar Go Connect Server (tabblad Sessies) en controleer in de lijst van aangesloten apparaten of het mobiel gebruik maakt van TLS verbinding.